
Overmatige belasting: herhaalde druk en spanning op de fascia plantaris als gevolg van langdurig staan, lopen of sporten op harde oppervlakken kunnen bijdragen aan ontsteking en hielspoor.
Overgewicht: gewicht legt extra druk op de voeten en kan bijdragen aan de ontwikkeling van hielspoor.
Verkeerd schoeisel: het dragen van schoenen met onvoldoende ondersteuning of schoenen met te weinig demping kan de belasting op de voeten verhogen en bijdragen aan de ontwikkeling van hielspoor.
Platte voeten of hoge voetboog: anatomische variaties, zoals platte voeten of een te hoge voetboog, kunnen de druk op de fascia plantaris veranderen en hielspoor veroorzaken.
Leeftijd: hielspoor komt vaker voor bij mensen tussen de 40 en 60 jaar, maar het kan op elke leeftijd voorkomen.
Overmatig strekken van de fascia plantaris: te veel spanning op de fascia plantaris, mogelijk door onjuiste looppatronen of bewegingsgewoonten, kan irritatie en ontsteking veroorzaken.
Veranderingen in activiteitenniveau: plotselinge toename van lichamelijke activiteit of sporten zonder voldoende opwarming kan de kans op hielspoor vergroten.
Symptomen
Pijn in de hiel: meestal is de pijn scherp en stekend, vooral bij de eerste paar stappen 's ochtends of na langdurig zitten. De pijn kan vervolgens afnemen na enige activiteit, maar later op de dag weer erger worden.
Pijn bij lopen en staan en opstaan: de pijn kan toenemen wanneer je staat, loopt, rent of trappen loopt.
Stijfheid: veel mensen ervaren stijfheid en beperkte beweging in de voet en enkel, vooral 's ochtends.
Pijn na inspanning: de pijn kan ook erger worden na langdurige activiteit of na het staan voor lange tijd.
Mogelijk zwelling: de hiel kan enigszins opgezwollen aanvoelen of er wat roodheid vertonen.
Gevoeligheid: de hiel kan gevoelig zijn als erop wordt gedrukt.
Het is belangrijk op te merken dat niet alle pijn in de hiel het gevolg is van hielspoor. Er zijn andere aandoeningen die vergelijkbare symptomen kunnen veroorzaken, zoals achillespeesontsteking, bursitis, en zenuwirritatie. De diagnose van hielspoor wordt meestal gesteld op basis van symptomen, lichamelijk onderzoek en soms beeldvormende tests zoals röntgenfoto's of echografie. Behandelingen variëren, maar kunnen bestaan uit rust, ijs, rekoefeningen, schoenadvies, orthopedische inlegzolen, fysiotherapie, ontstekingsremmende medicijnen en in ernstige gevallen corticosteroïde-injecties of chirurgie.